Naast de Regionale Energie Strategie, een gemeentelijke omgevingsvisie alsmede een regio visie is de gemeenten Amersfoort ook al bezig met een Omgevingsplan. Op de avond van 10 maart heeft de Vereniging Eemland300 mee gedacht over de rol die de gemeente op het thema Energietransitie. Als Eemland300 hebben wij in de meeste gevallen gekozen regulering.
In het begin ben ik in verwarring geraakt met begrippen zoals omgevingsvisie, regiovisie, ontwikkelbeeld, POVI en NOVI. Dus naast deze begrippen zegt de nieuwe Omgevingswet dat de gemeenten ook een Omgevingsplan moeten opstellen. Een omgevingsplan heeft als doel een keuze te maken hoe de gemeente de omgevingsvisie gaat aansturen. Er komen kaarten in van de betreffende gebieden en regels waaraan initiatiefnemers zich moeten houden.
De avond ging dus over de rol van de gemeente bij het realiseren van de energietransitie. De gemeente Amersfoort onderkent 5 gradaties van sturing: loslaten, faciliteren, stimuleren, regisseren, reguleren. De deelnemers kregen de vraag voorgelegd welke vorm van sturing zij voor welk aspect van realisatie voor de energietransitie passend vinden. Als Eemland300 heb ik gepleit voor veel regulering. De reden daarvoor is dat we haast moeten maken om in 2030 een daling van de CO2 uitstoot te kunnen realiseren, te meer daar de behoefte aan meer stroom groot is (denk aan de aanschaf van airconditioners in de afgelopen zomer). Niet alle stakeholders zijn het daarmee eens, maar ik denk dat de vrijheid blijheid fase voorbij is (zie de stikstof-affaire).